Tekenles Kerstdorpje in sneeuwbol

Materialen

Stevig zwart, grijs, rood en wit papier, waskrijt, lijm, schaar, ronde mal, grijs potlood 

Lesdoel

Werken met waskrijt 

Patronen tekenen 

Afsnijding

Lesinhoud

Laat voorbeelden zien van (echte) sneeuwbollen. Knip uit het grijze papier een cirkel. De cirkel trekken de kinderen eerst over van een mal (bijv. een schoteltje). Daarna ook een witte cirkel. Deze witte cirkel wordt met een golvende lijn doormidden geknipt. Daarna wordt ook een halve cm ongeveer van de buitenrand geknipt. Knip een houder voor de bal uit rood papier. De sneeuwbal kan op het zwarte a4 papier worden geplakt. Daarna gaan de kinderen met waskrijt aan de slag. Let op, waskrijt kruimelt vaak en de kruimels geven vlekken als je ze wegveegt. Dus blazen i.p.v. vegen. Zorg ook dat je handen schoon zijn. Was ze tussendoor eventueel. Belangrijk is ook dat het puntje waarmee je gaat kleuren scherp is en ook schoon. Maak eerst even een schoon, scherp puntje op een kladblaadje. Begin bovenaan met kleuren en werk naar beneden zodat je niet met je hand over je tekening schuift. Met waskrijt kan je geen kleine details tekenen dus werk met simpele huisjes, boompjes enz. Vergeet het niet te laten sneeuwen. Teken op de rode houder mooie patronen. Belangrijk is ook dat de kinderen mooi fel tekenen door goed dik te kleuren. Daardoor steken de kleuren goed af tegen de achtergrond  Laat de kinderen voorbeelden zien van kerstgroen. Om de sneeuwbol heen worden takjes en blaadjes kerstgroen getekend. Daarbij kunnen de kinderen gebruik maken van afsnijding. Leg uit wat afsnijding is (: takjes aan de rand maar een stukje tekenen zodat het net lijkt of de takjes buiten de tekening verder gaan)